In deze blog-serie ga ik in gesprek met onderzoekers van verschillende universiteiten over hun kijk op wetenschapscommunicatie. Door dit soort gesprekken te voeren hoop ik steeds beter te begrijpen hoe onderzoekers tegen wetenschapscommunicatie aan kijken en waar zij behoefte aan hebben. Deze keer ga ik in gesprek met Janna Verbruggen, universitair docent Criminologie en onderzoeker aan de Vrije Universiteit Amsterdam.
Hoe kijk jij aan tegen de rol van wetenschapscommunicatie in de werkzaamheden van een onderzoeker?
‘In een ideale wereld zou wetenschapscommunicatie een belangrijke rol spelen in de werkzaamheden van een onderzoeker. Maar de realiteit is anders. Ik zie om me heen dat de kennis van onderzoekers nauwelijks wordt gedeeld met een breed publiek. Dat is opvallend. Want we doen toch onderzoek om problemen in de wereld te begrijpen en aan te kunnen pakken. Maar waarom wordt de kennis die uit onderzoek voortvloeit dan niet actief en structureel met de maatschappij gedeeld?’
Waarom gebeurt dat zo weinig denk je?
‘Ik denk dat het grotendeels te maken heeft met de cultuur binnen de wetenschap. Als wetenschapper word je niet opgeleid om kennis te delen met een breed publiek. Ik zie trouwens om me heen dat sommige wetenschappers wél actief aan kennisdeling doen, maar de meesten doen dat niet. Wat dat betreft heeft wetenschapscommunicatie dus absoluut geen vaste plek binnen het werk als onderzoeker.’
Doe je zelf actief aan wetenschapscommunicatie?
‘In het verleden heb ik dat wel gedaan. Zeker toen ik nog promovendus was. Dat kwam vooral omdat er een actieve communicatiemedewerker was die iedereen achter de broek zat. Dat hielp wel. Ik schreef toen bij elk artikel een zogenaamd factsheet, een korte en toegankelijke samenvatting van het onderzoek. Maar de laatste tijd houd ik me veel minder met wetenschapscommunicatie bezig. Laatst verscheen online een artikel van mijzelf en een aantal coauteurs. Later zag ik dat één van de coauteurs een mooi en toegankelijk berichtje over het artikel op social media had geplaatst. Toen realiseerde ik me dat ik er helemaal niet aan had gedacht om het artikel met de buitenwereld te delen.’
Ik realiseerde me dat ik er helemaal niet aan had gedacht om het artikel met de buitenwereld te delen.
Welke factoren houden je tegen als het gaat om wetenschapscommunicatie?
‘Tijd is absoluut een beperkende factor. Het is geen geheim dat de werkdruk op universiteiten behoorlijk hoog is. En het lijkt erop dat mijn takenpakket steeds uitgebreider wordt. Ik heb managementtaken, geef les, doe onderzoek en moet contact onderhouden met studenten. Er is dus erg weinig ruimte voor wetenschapscommunicatie-activiteiten.
‘Een heel andere reden waarom ik weinig aan kennisdeling doe heeft te maken met het type onderzoek dat ik doe. Dat is behoorlijk theoretisch. Aan de hand van grote datasets bestudeer ik onderliggende mechanismen van crimineel gedrag. De resultaten zijn niet erg toegankelijk om met een breed publiek te delen. Ook voor de praktijk, zoals de politie, zijn mijn bevindingen vaak vrij abstract en algemeen. Ik denk dat daar in de samenleving weinig behoefte aan is, maar zeker weten doe ik dat niet. Misschien is er juist wél behoefte aan meer fundamentele kennis.’
Wat zou er moeten veranderen?
‘Persoonlijk zou ik meer contact willen met praktijkmedewerkers om na te gaan wat hun behoeftes zijn als het gaat om kennisdeling. Daarnaast denk ik dat er in de opleiding tot wetenschapper meer aandacht moet worden besteed aan wetenschapscommunicatie.’
Het gaat erom dat je je kennis ontsluit voor een bredere doelgroep. En dat kan op heel veel verschillende manieren.
‘Ik merk bij mezelf trouwens dat ik de lat misschien minder hoog moet leggen als het gaat om wetenschapscommunicatie. Daarmee bedoel ik dat ik lange tijd heb gedacht dat je met kennisdeling direct moet kunnen bedragen aan veranderingen in de maatschappij. Dat je onderzoek bijvoorbeeld tot een wetswijziging moet leiden of tot een nieuw type instrument. Maar wetenschapscommunicatie is natuurlijk ook een lezing geven voor middelbare scholieren of een blog schrijven naar aanleiding van je artikel. Het gaat erom dat je je kennis ontsluit voor een bredere doelgroep. En dat kan op heel veel verschillende manieren.’
Comentarios